Het toevoegen, aanpassen, koppelen of verwijderen van indicatoren

Maken jullie gebruik van een eigen EduMap dan kun je indicatoren per niveau toevoegen en koppelen.

Toevoegen of aanpassen
Hiervoor ga je in het menu naar EduMaps en selecteer je de betreffende EduMap.
Kies het tabblad Competenties – selecteer het gewenste Domein en vervolgens de betreffende competentie waar je een aanpassing wenst.
Kies nu het niveau waar je een indicator wilt aanpassen of wilt toevoegen.
Let op: een indicator verwijderen en vervolgens weer opnieuw opvoeren wordt gezien als nieuwe indicator. Bestaande evaluaties/observaties zijn verloren.

Het koppelen van indicatoren
Ga naar het menu EduMaps en selecteer de juiste EduMap.
-Je ziet nu het stroomplan.
-Klik op de tegel waaraan je indicatoren wilt koppelen (Leerlijn – Onderwijsleeftijd).
-Wanneer er al koppelingen zijn dan zie je nu alle gekoppelde indicatoren die horen bij dat niveau (Domeinen-Competenties-Indicatoren)

-Klik op Koppelen en kies het domein-niveau en de juiste indicator(en)
-Kies voor + of voor +Alles.
De zojuist geselecteerde indicatoren worden nu onder elkaar vermeld. Via het prullenbakje kun je er alsnog voor kiezen om één of meerdere geselecteerde indicatoren niet te koppelen.

Klik op opslaan en de indicatoren zijn nu gekoppeld.

Het ontkoppelen van indicatoren
Ga naar het menu EduMaps en selecteer de juiste EduMap.
-Je ziet nu het stroomplan.
-Klik op de tegel waarvan je indicatoren wilt ontkoppelen (Leerlijn – Onderwijsleeftijd).
-Je ziet nu alle gekoppelde indicatoren die horen bij dat niveau en klik op het ontkoppelteken.

Let op
In een bestaand groepsplan komt een ontkoppelde of een verwijderde indicator nog wel naar voren, maar zal bij ‘onbekende indicatoren’ staan.
Pas wanneer je het groepsplan opnieuw indeelt zie je deze niet meer terug.
In de Monitor is de indicator in beide gevallen direct niet meer zichtbaar.

Je kunt alles ook nog nalezen in de handleiding: Het maken van een eigen EduMap